Lopende projecten

In haar brief van 23 april 2024 geeft de minister van JenV aan dat professionals vanuit verschillende uitvoeringsorganisaties en vanuit verschillende disciplines in de uitvoering (moeten) samenwerken. Dit leidt tot de verwachting dat de vraag naar flexibilisering c.q. modularisering van het politieonderwijs nadrukkelijker op de agenda zal komen. Met het oog op deze ontwikkeling heeft de minister de Raad gevraagd te adviseren over:

1. De randvoorwaarden voor het flexibiliseren, in het bijzonder modulariseren, van (politie)onderwijs;
2. De waarborgen voor de kwaliteit van het onderwijs als bestaande kwalificaties en opleidingen hierop worden aangepast. Bijvoorbeeld: opbouw van het curriculum, eindtermen, toetsing & examinering en diplomering.

De Raad heeft in november 2024 ingestemd met een plan van aanpak voor beantwoording van de vraag van de minister. De uitvoering wordt begeleid door een ad hoc werkgroep die rechtstreeks onder de Raad valt. Rapportage over de voortgang is gepland voor het voorjaar van 2025.

Het ministerie van JenV wil dat dubbelingen in het wetenschappelijk onderzoek worden voorkomen, dat er wetenschappelijk onderzoek wordt uitgevoerd waaraan behoefte is, dat wetenschappelijk onderzoek gecoördineerd wordt, dat de kwaliteit van het onderzoek geborgd is, dat er goede kennisoverdracht is en dat onderzoek qua uitvoering aan de wetenschappelijke eisen voldoet. De minister heeft de Raad gevraagd te adviseren over de volgende vragen:

1. Hoe kan (meer) samenhang van het onderzoeksveld worden gevonden en overzicht geboden worden in het kennislandschap?
2. Welke kennisinfrastructuur ondersteunt een effectieve en efficiënte inzet van middelen voor de kennisontwikkeling over de politie en draagt optimaal bij aan de kennisdeling en doorwerking in de politiepraktijk en het politieonderwijs.
3. Wat is uw kijk en inhoudelijke beoordeling op de kennis- en onderzoeksagenda’s? Komen vraag en aanbod hierin bij elkaar? Zitten er lacunes in de onderzoeksthema’s?
4. Hoe kunnen krachten worden gebundeld en kan niet-functionele overlap worden voorkomen?
5. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat de doorwerking van onderzoeken optimaal wordt benut?

De Raad behandelt in het voorjaar van 2025 het plan van aanpak om te komen tot beantwoording van deze vragen.

Goed politieonderwijs lijkt een helder begrip te zijn, maar is dat niet. Betrokkenen kijken ieder door hun eigen bril naar ‘goed politieonderwijs’ en duiden dit vanuit hun eigen betrokkenheid en positie. Daarom blijkt het van belang dat betrokkenen bij het politieonderwijs doorlopend over dit onderwerp in gesprek zijn, om samen te bezien hoe het politieonderwijs tegemoet komt aan deze verschillende opvattingen over goed politie-onderwijs. In 2025 gaan leden van de commissie Onderwijs van de Raad in dialoog met docenten en begeleiders over het thema professionele identiteit en loopbaanperspectief.